Ambitieuze doelstellingen provinciaal windplan niet gehaald

Op 29 november 2017, over deze onderwerpen: Windturbines

De provincie Oost-Vlaanderen heeft enige tijd geleden een provinciaal windplan uitgewerkt met een aantal basisprincipes. Er werd een plan opgesteld met ‘uitsluitingszones’ waar er geen windmolens mogen komen en ‘concentratiezones’ waar er wél windmolens mogen komen. De doelstelling was om tegen 2020 driehonderd grote windturbines te laten draaien in Oost-Vlaanderen. ‘Momenteel zijn er 128 windturbines gebouwd en volgens de prognose zouden er in 2020 slechts 212 windmolens draaien. Als de provincie nog steeds 38% van het totale elektriciteitsverbruik in onze provincie wil realiseren met windenergie moet er toch een versnelling hoger geschakeld worden’, stelt provincieraadslid Baudewijn Diependaele.

Het was de bedoeling van de deputatie om PRUP’s (Provinciale Ruimtelijke Uitvoeringsplannen) op te maken voor acht concentratiezones en dit in vier verschillende fases. In de eerste fase werden de PRUP’s ‘windlandschap Eeklo-Maldegem’ en ‘windlandschap E40 Aalter tot Aalst’ behandeld. De provincieraad heeft deze twee PRUP’s op 17 december 2014 definitief vastgesteld. Het PRUP windlandschap Eeklo-Maldegem werd wel goedgekeurd door de minister maar minister Schauvliege verwees het PRUP aangaande het windlandschap E40 van Aalter tot Aalst naar de prullenmand. De minister liet zich kritisch uit over de uitsluitingszones omdat hierdoor potentiële locaties worden uitgesloten. Het provinciale windplan werd daarom tijdelijk ‘on hold’ geplaatst.

Vlaams minister van Energie Bart Tommelein en Vlaams minister van Omgeving Joke Schauvliege lanceerden eind 2016 samen de conceptnota ‘Windkracht 2020’. De visie van minister Tommelein druist evenwel in tegen de visie van de deputatie om met uitsluitingszones te werken. In een persbericht stelt Tommelein letterlijk: ‘Vandaag zijn we te veel bezig met te bepalen waar windmolens niet mogen komen, terwijl het uitgangsprincipe moet zijn dat ze overal kunnen staan’. Ook de keuze van de deputatie om clusters te selecteren waar er minstens 5 windmolens kunnen komen (cf. windlandschap E40 Aalter tot Aalst) of de keuze van de deputatie om met een lijnopstelling te werken (cf. windlandschap Eeklo-Maldegem) wordt door Tommelein in vraag gesteld.

Zowel de Vlaamse ministers als de provincie willen meer windturbines realiseren. De Vlaamse ministers willen tegen 2020 tweehonderdtachtig extra windmolens realiseren in heel Vlaanderen en de provincie wil tegen 2020 vierentachtig extra windmolens realiseren in Oost-Vlaanderen. Baudewijn riep de gedeputeerde dan ook op met haar partijgenoot Tommelein rond de tafel te gaan zitten om tot een vergelijk te komen. ‘Niemand is gebaat bij conflicten tussen verschillende overheden. Misschien kan de gedeputeerde de minister proberen te overtuigen van het nut van de aanpak met uitsluitingzones of misschien moet de deputatie haar plannen bijsturen en afstemmen op de visie van Vlaanderen. Het belangrijkste is dat er meer windmolens gerealiseerd worden’, besluit Diependaele. 

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is