Plannen voor aansnijden 61,4 hectare bijkomende industriegrond in Oudenaarde ‘on hold’?

De stad Oudenaarde en de provincie Oost-Vlaanderen waren aanvankelijk op zoek naar 61,4 hectare (ha) bijkomende industriegrond. De provincie wil hiervoor een PRUP regionaal bedrijventerrein opmaken. Daarom werd er reeds een plan-MER opgestart. Het stadsbestuur van Oudenaarde besliste – onder druk van de oppositie – op de gemeenteaard van mei jl. om op deze visie terug te komen en niet langer te zoeken naar 61,4 ha bijkomende industriegrond. Provincieraadslid Paul Carteus vroeg op de provincieraad van 21 juni aan de gedeputeerde op de provincie deze bijgestelde visie van het stadbestuur zal volgen.

‘In haar advies vraagt de gemeenteraad van Oudenaarde aan de provincie om eerst het zogenaamde nulalternatief te onderzoeken en te onderzoeken hoeveel ongebruikte grond er nu al ligt. Pas als alle beschikbare gronden opgebruikt zijn kan er sprake zijn om elders nieuwe industrieterreinen te voorzien. En ‘elders’, dat is sowieso in het Kleinstedelijk gebied, dus niét op de kouters in Mullem, Eine, Leupegem, Meldem of Welden’, argumenteerde Carteus tijdens de provincieraadszitting. Uit het antwoord van de gedeputeerde blijkt dat de provincie eerstdaags in overleg zal treden met het stadsbestuur van Oudenaarde en pas daarna een standpunt zal innemen en zal bepalen welke verdere stappen er in dit dossier ondernomen zullen worden.

‘De provincie heeft op deze provincieraad beslist om een personeelslid aan te werven om het project Masterplan Linkeroever mee invulling te geven. De N-VA-fractie is van oordeel dat men beter hier op focust dan op de ongewenste uitbreiding van De Bruwaan. Bovendien zijn er nog voldoende terreinen die momenteel reeds beschikbaar zijn zoals de resterende 40 ha op Pont-West in Ronse en 81 ha op de site van de afgebroken centrale van Ruien (die binnen twee jaar bouwrijp zal zijn). In het kader van de gebiedsoverschrijdende visie die door de provincie wordt vooropgesteld (cf. ‘Maak Ruimte voor 2050’) moet men eerst de beschikbare terreinen aansnijden’, stipte Carteus aan op de provincieraad.