Beleidsverklaring eerste gedeputeerde Kurt Moens

Op 3 december 2018
*** Enkel het gesproken woord telt ***

 

Mevrouw de voorzitter,

Mijnheer de griffier

Geachte waarnemend gouverneur,

Beste ere-gedeputeerden,

Beste collega’s en aanwezigen,

Dit is de eerste keer dat ik de provincieraad mag toespreken als eerste gedeputeerde. Dit is dus mijn debuutrede. Ik maak van deze gelegenheid gebruik om alle provincieraadsleden te feliciteren. Een aantal raadsleden zijn herkozen maar er zijn toch ook heel aantal nieuwe gezichten. Zowel bij de meerderheidspartijen als bij de oppositie. Ik hoop dat we de komende zes jaar in een verdraagzame sfeer en op een respectvolle manier, zoals we dit gewoon zijn in dit huis, kunnen samenwerken. 

 

Collega’s, 

Op 22 juni 2017 keurde het Vlaams Parlement de halvering van het aantal provincieraadsleden goed. Dit merken we hier ook aan de vele lege plaatsen. Voor onze provincie zetelen vanaf vandaag 36 raadsleden in plaats van 72. Ook het aantal gedeputeerden daalt van 6 naar 4. 

Deze meerderheid beslist om ook intern het aantal commissies en mandaten fors te verminderen: voor de commissies gaan we van 4 naar 2, het aantal mandaten in het bureau daalt van 14 naar 8. Bovendien zal het bureau bij uitbreiding vergaderen met de gedeputeerden waardoor het uitgebreid bureau afgeschaft wordt. 

Dit zorgt ervoor dat er maar één keer presentiegeld moet uitbetaald worden. Het verminderen van het aantal mandaten levert hoe dan ook een besparing op, zonder in te boeten aan kwaliteit.

 

Collega’s, 

U ziet het: deze bestuursploeg is niet te beroerd om op politiek vlak een efficiëntie-oefening te maken en te snoeien in het aantal betaalde mandaten. We gaan voluit voor een slanke en efficiënte overheid. 

Bij de vorming van de bestuursmeerderheid kijken we naar wat ons bindt. Dat is zoveel sterker dan te focussen op wat ons verdeelt. De drie meerderheidspartijen zijn het erover eens dat Oost-Vlaanderen behoefte heeft aan een goed en efficiënt bestuur. We willen gaan voor een “aggiornamento” zoals de Italianen het zo mooi zeggen. Het bij de tijd of het bij de dag brengen van dit bestuursniveau. 

De periode dat de provincies zowat alles deden omdat ze de mogelijkheden en de middelen hadden is definitief voorbij. De bevoegdheden zijn sinds 2018 duidelijker afgelijnd en ook de financiële middelen zijn hierop afgestemd. 

 

Collega’s, 

Deze meerderheid is van oordeel dat dit bestuursniveau duidelijke prioriteiten moet stellen. Met andere woorden: we moetenkeuzes maken, en dat betekentenerzijds onze decretale verplichtingen uitvoeren en anderzijds enkel focussen op die domeinen waar we een effectieve meerwaarde betekenen. Een kerntakendebat is dan ook aan de orde. De drie meerderheidspartijen zullen de komende maanden aan een daadkrachtig bestuursakkoord werken. 

Stip alvast 28 maart 2019 in jullie agenda aan, de dag waarop we het bestuursakkoord en de eerste wijziging van het budget 2019 aan de provincieraad zullen voorleggen. 

Vandaag zal ik kort een aantal krachtlijnen en de bevoegdheidsverdeling meegeven. 

 

De beleefdheid betaamt om niet met mezelf te beginnen, maar gemakshalve stel ik de deputatie in de correcte volgorde voor. 

 

Ikzelf heb de volgende bevoegdheden:

  • Woordvoerder deputatie en communicatie
  • Onthaal en logistiek – Griffie
  • Financiën en algemene financiering 
  • Economie incl. POM
  • Onderwijs, inclusief vorming van hulpverleners
  • Wonen
  • Erediensten en vrijzinnigencentra

 

Verder heeft mijn collega-gedeputeerde Leentje Grillaert de volgende bevoegdheden:

  • Vergunningenbeleid
  • Landbouw en plattelandsbeleid
  • Integraal waterbeleid (inclusief toezicht polders en gemeenten)
  • Middenstand en Economische Raad voor Oost-Vlaanderen
  • Toerisme
  • Ontwikkelingssamenwerking
  • Patrimonium
  • Interbestuurlijk beleid
  • APB Lemberge en steunpunt data-analyse
  • Uitleendienst

 

De derde collega-gedeputeerde is Riet Gillis en heeft de bevoegdheden: 

  • Mobiliteit
  • Milieu en Natuur
  • Klimaat en energie
  • Personeel en IKZ
  • Welzijn op het werk
  • Buitenlandse betrekkingen en Europese projecten
  • ICT en Egov
  • Juridische aangelegenheden

 

De laatste collega-gedeputeerde is Annemie Charlier. In haar portefeuille zitten de volgende bevoegdheden:

  • Ruimtelijke planning
  • Onroerend erfgoed
  • Erfgoedcentra
  • Recreatiedomeinen

Na twee jaar zal Annemie Charlier de fakkel doorgeven aan collega An Vervliet. 

 

Op inhoudelijk vlak kan ik alvast enkele krachtlijnen meegeven: 

  • We willen blijven inzetten op de ondersteunende rol van de provincie in het kader van duurzaamheid. Het provinciaal klimaatplan is hiervoor de dynamische leidraad. Er is nood aan een transitie over alle beleidsdomeinen heen. Om de klimaatdoelstellingen te halen, zullen alle provinciale diensten nauw samenwerken. De drie meerderheidspartijen zijn ook van mening dat we in deze provincie meer hernieuwbare energie moeten produceren. 
  • Het netwerk van fietssnelwegen zullen we verder uitbreiden en versneld aanleggen. Op die manier ontwarren we de vele verkeersknopen rond onze steden en gemeenten en moedigen we de burger aan om vaker de fiets te gebruiken.  Samenwerking met het Vlaams Gewest en de steden en gemeenten is essentieel om de ‘missing links’ weg te werken en het lokale fietsverkeer optimaal te laten aansluiten op het bovenlokale functionele fietsroutenetwerk en de fietssnelwegen. 
  • De provincie zal – op verzoek van de gemeentebesturen - de expertise van de provinciale diensten ter beschikking stellen om de gemeenten te ondersteunen waar nodig. De autonomie van de gemeenten enerzijds en een goed overleg met Vlaanderen anderzijds is hierbij cruciaal. 
  • We voeren ook in de toekomst een strikt en verantwoord financieel beleid met een begrotingsevenwicht. We bekijken waar we efficiëntiewinsten kunnen boeken en onderzoeken om die te laten terugvloeien naar de Oost-Vlamingen.
  • De coalitiepartners zullen het project Leopoldskazerne kritisch blijven opvolgen en bijsturen waar nodig om zo de kosten te minimaliseren. Ik pleit ervoor dat alle partijen hun verantwoordelijkheid in dit dossier opnemen en hun ideologische bril opzijzetten. We moeten omzichtig omspringen met het belastinggeld van de Oost-Vlamingen. 
  • Laat één ding duidelijk zijn: handelsmissies zijn géén kerntaak van de provincie. We stellen ons dan ook terughoudend op m.b.t. de organisatie van handelsmissies. Een participatie van de provincie kan enkel als de missies een aantoonbare economische en wetenschappelijke toegevoegde waarde opleveren voor Oost-Vlaamse belanghebbenden.
  • Deze coalitie maakt er een prioriteit van om de problemen van wateroverlast krachtdadig aan te pakken. Dit doen we door bufferbekkens aan te leggen of pompgemalen te installeren. Deze bufferbekkens moeten we nog meer inschakelen om de Oost-Vlaamse landbouwers bij periodes van droogte en waterschaarste van water te voorzien. 
  • Bij ruimtelijke planning en het vergunningenbeleid komt er meer transparantie en een verhoging van de kwaliteit van de beslissingen op basis van de aanbevelingen van audit Vlaanderen. Jaarlijks zullen we hierover rapporteren aan de bevoegde beleidscommissie. 
  • Samen met de steden en gemeenten zetten we een eigentijdse visie op wonen, werken en beleven, om in concrete acties en uitvoeringsplannen op het terrein. Ruimtelijke kwaliteit, vrijwaren van open ruimte en duurzame ontwikkeling zijn hierbij de kernwoorden.'
  • We stimuleren innovatie en ondernemerschap. Deze meerderheid wil verder inzetten op het verduurzamen en moderniseren van de Oost-Vlaamse bedrijventerreinen.  Heel wat KMO’s en bedrijfsleiders zijn op zoek naar een betaalbare en geschikte bedrijfsruimte maar deze zoektocht is vaak geen evidente klus.  Via de POM zullen we de ruimtebehoefte van ondernemingen opvolgen en monitoren. We ondersteunen lokale besturen op vlak van activering en reconversie van onbenutte bedrijfsgronden. De POM en de EROV zullen heel nauw samenwerken en er komt één loketfunctie zodat het voor de ondernemers duidelijk is waar ze terecht kunnen. 

Dat zijn slechts enkele krachtlijnen die de coalitiepartners hebben afgesproken. 

 

Collega’s, 

Wij geloven in de sterkte en de kwaliteiten van onze personeelsleden. De deputatie kijkt er naar uit om de komende zes jaar op constructieve manier samen te werken met de provinciale diensten. Hun inbreng en expertise is van essentieel belang. 

Tot slot wil ik alle provincieraadsleden van zowel de meerderheid als de oppositie oproepen om constructief mee te werken. Vanuit de deputatie staan we uiteraard open voor suggesties en de inbreng van deze provincieraad is dan ook van belang. Het is uiteraard aan de meerderheidspartijen om het beleid uit te stippelen maar goede voorstellen zullen we niet zomaar negeren of naast ons neerleggen. 

Ik dank jullie voor de aandacht. 

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is