Sociale oplossing voor bewoners van weekendverblijven blijft uit

Provincieraadslid Johan Van Duyse diende in naam van de N-VA fractie (opnieuw) een amendement in om recreatieverblijven, die reeds permanent bewoond werden voor 1 september 2008 en die geschikt zijn voor bewoning volgens de criteria van de Vlaamse wooncode, de functie wonen toe te kennen. Deze overdruk zou niets gewijzigd hebben aan de bestemming van het gebied, met name bosgebied. Het amendement haalde geen meerderheid in de provincieraad van 17 juni 2015 en werd bijgevolg niet aanvaard. Johan betreurde dat er geen sociale oplossing geboden wordt aan de mensen die reeds een lange periode in deze weekendverblijven wonen. Het PRUP reconversie verblijfsrecreatie Stekene fase 1 werd definitief vastgesteld op de provincieraad van 17 juni jl. 

Op de provincieraad van 12 november 2014 werd de voorlopige vaststelling van het Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan reconversie verblijfsrecreatie Stekene fase 1 voorlopig vastgesteld door de provincieraad. Tijdens het openbaar onderzoek, dat liep van 8 december 2014 t.e.m. 5 februari 2015, werden heel wat bezwaren en adviezen ingediend bij de PROCORO (Provinciale commissie voor ruimtelijke ordening). Ruimte Vlaanderen gaf een voorwaardelijk gunstig advies maar vroeg ook om een aantal fundamentele aanpassingen door te voeren. De deputatie besloot dit advies niet te volgen.

In de moeilijke materie rond permanente bewoning van weekendverblijven pleit de N-VA fractie duidelijk voor een menselijke oplossing. 'Woningen of woongebieden die feitelijk al jarenlang een woonwijk zijn en er ook zo uitzien, moeten dat kunnen blijven' , stelt provincieraadslid Johan Van Duyse. Daarnaast zullen de gebouwen ook niet verdwijnen als permanente bewoning niet toegelaten wordt. 'Permanente bewoning zoals ze er nu al is heeft heel wat minder impact op het milieu dan de door de provincie verwachte verkrotting wanneer de huidige bewoners moeten verdwijnen', vervolgt Johan Van Duyse. 

Zoals eerder vermeld formuleerde Ruimte Vlaanderen fundamentele bezwaren bij een aantal elementen van het PRUP. Zo stelt Ruimte Vlaanderen dat de omzettingen naar wooncompensatiegebied wél moeten meegerekend worden voor de gemeentelijke woonquota (wat door de deputatie herhaaldelijk ontkend is op de vorige provincieraden) en dat in het plan garanties moeten geboden worden dat de wooncompensatiegebieden effectief ten dienste zullen staan voor de herhuisvesting van de permanente bewoners van weekendverblijven. Ook is Ruimte Vlaanderen van oordeel dat het toelaten van nieuwe bebouwing op onbebouwde percelen tot 2022 een te grote hypotheek legt op de nabestemming van het gebied. 

Gezien de fundamentele bezwaren van Ruimte Vlaanderen is het niet uitgesloten dat minister Schauvliege dit PRUP schorst omwille van onwettigheden. 'Met deze stemming is het verhaal niet af, er volgt wellicht een lange juridische strijd en ik voorspel dat dit niet mijn laatste tussenkomst over dit punt in deze raad zal zijn', besloot Van Duyse zijn tussenkomst.